Woensdag 22 maart behandelt de Tweede Kamer het voorstel tot invoeren van een investeringsverplichting ten behoeve van Nederlands cultureel audiovisueel aanbod.
Deze wet moet regelen dat streamingdiensten die in Nederland actief zijn, tenminste 4,5% van hun in Nederland gegenereerde jaaromzet investeren in Nederlandse films, documentaires en series. Doel van de wet is de diversiteit en pluriformiteit van Nederlandse films, documentaires en series te vergroten én de positie van onafhankelijke producties en hun producenten en makers te versterken. In het buitenland bestaan soortgelijke maatregelen al langer. In Vlaanderen wordt de reeds bestaande stimuleringsmaatregel zelfs al herzien.
Om het gewenste effect te hebben én een gelijk speelveld met andere landen tot stand te brengen bepleiten de onafhankelijke producenten en makers een aantal aanpassingen van het wetsvoorstel:
1. Verlaag de omzetdrempel van € 10 miljoen naar maximaal € 2 miljoen.
Het wetsvoorstel schrijft nu voor dat de verplichting alleen geldt voor streamingdiensten met een in Nederland behaalde omzet van meer dan € 10 miljoen. De productiesector vraagt om dit te verlagen naar maximaal € 2 miljoen: de omzet die door de Europese Commissie als richtsnoer is gegeven. Nagenoeg alle Europese lidstaten hanteren een omzetdrempel van ruim onder de € 1 miljoen. De enige landen met een hogere omzetdrempel dan € 2 miljoen zijn Spanje en Frankrijk. Deze landen hebben echter (fors) hogere verplichtingen, een substantieel groter taalgebied en dito afzetmarkt. Nederland kan zich daar niet mee meten. Verlagen van de omzetdrempel naar € 2 miljoen stimuleert bovendien dat meerdere streamingdiensten bijdragen aan meerdere verschillende producties en het voorkomt fluctuatie door nieuwe toetreders en uittreders.
2. Koppel de investeringsverplichting aan onafhankelijke producties en hun producenten.
Dit is nodig om daadwerkelijk de pluriformiteit en diversiteit van het aanbod van éigen bodem te stimuleren. Daar is een breed veld van onafhankelijke producenten voor nodig. Ook andere landen sturen hierop. Onafhankelijke producenten opereren autonoom en zijn financieel/zakelijk en creatief beslissingsbevoegd. Zij voeren hun eigen beleid aan wie zij hun producties verkopen. Per productie en afhankelijk van de verschillende financiers worden er verschillende afspraken gemaakt over de duur van licenties. De Nederlandse productiesector wil zelf aan het stuur blijven en niet toe naar een markt waarin alleen nog maar ‘in opdracht’ kan worden gewerkt en waarbij alle rechten voor een te lange periode of oneindig moeten worden afgestaan.
3. Borg jaarlijkse besteding in plaats van de investeringen over twee jaar ‘uit te smeren’.
Een verplichting om de investering jaarlijks te besteden stimuleert investeringen in meerdere verschillende producties, voorkomt pieken en dalen in het productievolume en draagt bij aan de broodnodige continuïteit t.b.v. de ontwikkeling van talent en de capaciteitsopbouw.
__________________________________________________________________
Eerdere brieven vanuit de gezamenlijke beroepsverenigingen van onafhankelijke producenten, scenaristen, regisseurs, cast en crew:
26-1-2023 Reactie sector wijzigingen investeringsverplichting.
22-11-2022 Oproep AV-productiesector voortgang investeringsverplichting.
6-9-2022 Aanbevelingen gehele AV-productiesector t.b.v. het invoeren van een investeringsverplichting.
Adhesiebetuigingen van Kunsten '92, Kunstenbond en de Creatieve Coalitie:
8-3-2023 Brief Kunsten ’92 aan Kamer over investeringsverplichting voor streamingsdiensten
10-2-2023 Brief Kunstenbond & Creatieve Coalitie